Niemand wil een tweede Grenfell
Columns | Door Tim de Boer
Geplaatst: 08-07-2020
Ook in Nederland staan gebouwen met gevelbekleding zoals gebruikt bij de renovatie van Grenfell Tower. De Nederlandse gemeenten zijn verantwoordelijk voor het vinden en aanpakken van deze gebouwen. Daarnaast is er ook onderzoek gedaan naar de bouwvoorschriften in Nederland. Grootst gemene deler is dat deze onderzoeken zich in relatieve stilte voltrekken.
In mijn column van een paar weken geleden ging ik in op het brandveiligheid van hoogbouw. Verschillende tragedies in het buitenland en ‘near misses’ in Nederland lieten de afgelopen jaren zien dat daar nogal eens iets aan schort.
Aanpak in Nederland Slechts enkele risicovolle gebouwen zijn meteen na de brand in 2017 aangepakt. Dit komt omdat veel gemeenten de onderzoeksplicht weer bij de eigenaren neerleggen. Ze zeggen niet te beschikken over de mankracht om het onderzoek zelf uit te voeren. In praktijk betekent dit dat er door gemeenten brieven worden verstuurd naar eigenaren om alsjeblieft zelf onderzoek te doen naar hun gebouw. En als daar geen antwoord op komt sturen ze nog een brief. En misschien daarna nog een brief. De inventarisatie had op 1 januari 2020 moeten zijn afgerond, maar slechts een paar gemeenten zijn klaar. Ondertussen weten bewoners van niets.
Oplossingen zijn inderdaad niet direct en goedkoop voor handen, tegelijkertijd is het een kwestie van tijd voor er ook in Nederland iets misgaat. Want dat het Bouw- en Woningtoezicht niet meer optimaal functioneert weten we inmiddels wel. Dat zagen we al bij de ingestorte parkeergarage in Eindhoven en het dak van het AZ stadion dat naar beneden kwam. Door de versnippering van het ontwerp en uitvoering is er geen totaaloverzicht meer en ontbreekt verantwoordelijkheid.
Laat dat nu ook de punten zijn die nu naar voren komen in de tweede fase van het Grenfell Tower onderzoek. Studio E, de ontwerper, was dit type opdracht niet gewend; In de overeenkomst met de brandveiligheidsconsultant stond dat zij mee zou denken met de eigenaar / bouwer over de goedkoopste aanpak; Bezoek op locatie door consultants kwam er niet; en ook de extra toegezegde rapportages over brandveiligheid bleven achterwege. Tot slot was er ook bij het toezicht sprake van onderbezetting. Iemand deed dit project ‘erbij’.
Regelgeving aanpassen Maar niet alleen de inventarisatie en het onderzoek blijkt een traag proces. De Nederlandse overheid heeft de Adviescommissie Toepassing en Gelijkwaardigheid Bouwvoorschriften ( ATGB) opdracht gegeven het onderzoek naar Grenfell te volgen en daar voor de Nederlandse situatie verslag van te doen. In het uiterst gedetailleerde onderzoeksverslag, op 30 maart 2020 gepubliceerd, staan behoorlijke aanbevelingen. Zo constateert het ATGB “vanuit haar eigen praktijkervaring dat er in Nederland tekortkomingen voorkomen in de aanvraag van de bouwvergunning, in de vergunningverlening, door afwijkingen van de bouwvergunning en in het toezicht op de bouwplaats. Daardoor is een brand als in Grenfell niet uitgesloten”.
De ATGB doet een aantal aanbevelingen. Belangrijk is dat zij constateert dat de ontwerpende, toeleverende, uitvoerende en toezichthoudende partijen zich onvoldoende bewust zijn van de relevantie van de detaillering van de gevel en de uitvoering om te kunnen voldoen aan de eisen qua brandwerendheid. Kort gezegd, alleen het toepassen van de juiste materialen is niet voldoende. Maar ook als de detaillering juist is, levert de vertaling naar de uitvoering vaak problemen op. Immers, ontwerpkeuzes uit het voortraject worden niet overgedragen aan de uitvoerende partijen en uiteindelijk zijn bij die uitvoering weer allerlei onderaannemers betrokken.
Tweede conclusie van de ATGB is dat de testmethoden achter de brandklassen beperkt zijn. Daardoor is niet duidelijk hoe de producten in een ‘echte’ gevel reageren bij brand. De rol van een geventileerde spouw wordt bijvoorbeeld niet hierin meegenomen. Ook kijkt de test alleen naar de reactie van het product op vuur van buitenaf. Dat een brand zich onder de gevelconstructie kan bevinden is geen eis in de standaard test.
Derde conclusie is dat er in de aanvraag- en vergunningsprocedure te vaak wordt gevaren op ‘komt wel goed’. Principedetails met daarbij de tekst “voldoet aan brandklasse B”, zonder dat de materialen zijn uitgewerkt zijn niet ongewoon. De gemeente zou daar dan later extra op moeten controleren. Maar vanwege ontbrekende capaciteit gebeurt dat vaak niet. Dit geldt ook voor de uitvoerende fase. Afwijkingen van de vergunning die op het laatste moment plaatsvinden worden niet opgemerkt of gecontroleerd.
Uitbreiding Bouwbesluit? Daarnaast valt in de regelgeving op dat er voor woongebouwen boven de 70 meter geen aanvullende eisen worden gesteld aan de brandveiligheid. Die dient van eenzelfde niveau te zijn als gebouwen onder de 70 meter. Deze woongebouwen komen echter steeds vaker voor. Blussen van branden en het ontruimen kent op deze hoogte grote uitdagingen. En met een steeds oudere bevolking in Nederland is ook het ontruimingsprincipe (in tegenstelling tot het in Engeland gebruikelijke ‘Stay Put’) bij sommige gebouwtypen lastig te halen.
Het is tijd om daarom te kijken hoe we de wetgeving en praktijk kunnen aanpassen om zo veilig mogelijk te bouwen.
Niemand zit te wachten op een tweede Grenfell.
Overig Columns
|